Posts tonen met het label Steverlynck. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Steverlynck. Alle posts tonen

zaterdag 3 december 2022

Bijlagen

 

Bijlagen


Op pagina 37 van Wit & Zwart in de Westhoek heeft auteur Roger Quaghebeur het over “Picanol blijft buiten schot”:

“Het Geheim Leger volgde ook handelaars die zaken deden met de Duitsers. De Werkhuizen Picanol was de grootste onderneming van de stad. Het personeelsbestand bedroeg 130 man bij het begin van de oorlog en dit liep in 1944 op tot 450.

Jaime Picanol trachtte zo weinig mogelijk te produceren voor de bezetter. Zelf had hij tijdens de Spaanse burgeroorlog als piloot gevochten aan de zijde van de Republikeinen tegen Franco en men beschouwde hem als een communist. In een schrijven naar de Feldgendarmerie werd hij ook aldus afgeschilderd, maar de Duitsers grepen niet in …

… Jaime Picanol deed er alles aan om zo weinig mogelijk voor de bezetter te werken. Er werden wel assen gedraaid voor electromotoren van duikboten, gietstukken voor het vliegveld van Vlamertinge en de vleeswarenfabriek Calvet op Sint-Pieters …

… Bij de bevrijding werd Picanol samen met een achttal anderen opgepakt, beschuldigd van economische collaboratie. De Staatsveiligheid zou dat zaakje wel klaren. Jaime Picanol, Bernard Steverlynck, Gerard Lietaer, Maurice Huvelle – juist op bezoek - , José Perez, Albert Gabriel, Maurice Quaghebeur – die er als huisbewaarder woonde -, en Maurice Seynhaeve – die eveneens in het complex huisde – werden opgepakt en naar de cel van het politiebureau in de Korte Torhoutstraat gebracht … Na een paar dagen was alles voorbij … De Staatsveiligheid keek sip en dacht er waarschijnlijk niet aan dat Picanol, door zijn minieme medewerking aan de bezetter, honderden mensen van een verplichte tewerkstelling in Duitsland had gered.”


Op pagina 2 van bijgevoegd fabrieksblad van de Werkhuizen Picanol lezen we het volgende over mijn grootvader:


“… Na de oorlog werd hij aangeduid als tolk bij de Belg. Militaire zending te Brussel en naderhand Krijgsauditoraat te Kortrijk. Op deze plaats heeft hij zeker, bij al te vurige auditeurs, een zeer verzachtende en rechtvaardigende invloed gehad.

Op 1 augustus 1947 kwam hij bij ons in dienst als peroneelshoofd …”

 

Op het kerkhof hield “Mijnheer Bernard” (Steverlynck) een afscheidsrede (zie pagina’s 3 en 4).








Brief van 14 juni 1944 waarmee J. Georges Dedullen, arrondissementsleider van het VNV Ieper, aan de Feldgendarmerie van Ieper laat weten dat hij het document “Hetze te Beselare” aan de Kriegsvervaltungsrat, Dr. Rothkamp te Roeselare heeft overhandigd.


Het document “Hetze te Beselare”.