Ingelmunster:
oorlogsburgemeester Remi Craeymeersch
Bij besluit van 21 mei 1941 wordt aan notaris
Paul Schotte, burgemeester sedert 1933, ontslag uit zijn functie verleend
wegens het bereiken van de leeftijdsgrens van zestig jaar.
Hij wordt bij besluit van dezelfde datum
vervangen door vlashandelaar Remi Craeymeersch, geboren te Ingelmunster op 21
juni 1910.
Remi Craeymeersch (foto: Kroniek van de Tweede
Wereldoorlog met gebeurtenissen te Izegem, Ingelmunster en Ommeland – 1940-1945
– Maurice Naessens – Uitgeverij Hochepied, Izegem – 1990)
Craeymeersch wordt op 3 september 1944
aangehouden en verblijft in volgende interneringscentra of gevangenissen:
- Ingelmunster, van 3
tot 23 september 1944;
- Sint-Kruis, van 23
september 1944 tot 31 januari 1945;
- Kortrijk, van 31
januari 1945 tot 2 mei 1946;
- Gent, van 2 mei 1946
tot 15 juni 1946;
- Lokeren, van 15 juni
1946 tot 30 juli 1946
- Gent, van 30 juli 1946
tot 1 augustus 1946;
- Kortrijk, van 1
augustus 1946 tot 27 januari 1947.
Op 19 maart 1946 wordt hij door de Krijgsraad
van Kortrijk veroordeeld tot 3 jaar gevangenisstraf en levenslange ontzetting
uit de artikel “123sexies”-rechten.
De feiten die aanleiding hebben gegeven tot
zijn veroordeling vinden we terug in de rapporten opgesteld door de
Substituut-Krijgsauditeur van Kortrijk op 23 mei 1946 en de Krijgsauditeur van
Kortrijk op 22 november 1946:
“Beklaagde trad tot het V.N.V. toe in de jaren 1935 of
1936. In 1942 werd hij waarnemende Afdeelingsleider, maar beweert enkel, den
titel te hebben gedragen, zonder de werkzaamheden uit te oefenen. Noch van de
D.M.Z.B. noch van de D.M. Hulpbrigade was hij lid en droeg geen uniform. In
1941 werd de Burgemeester van Ingelmunster uit zijn ambt ontheven in toepassing
van de Duitsche verordening in betrekking met de ouderdomsgrens. Craeymeersch
werd aangewezen om hem op te volgen. De functie van Burgemeester nam hij waar
tot aan de bevrijding. In Ingelmunster zijn de meeningen verdeeld omtrent de
wijze op dewelke beklaagde zijn ambt waarnam: de eene zien er onpartijdigheid
in, de andere partijdigheid.
In Juli 1942 werden sommige personen hun fiets en hun
radio ontnomen door de feldgendarmerie. Ze stellen daar beklaagde voor
verantwoordelijk, daarom zullen ze hier ter zitting als getuigen worden
onderhoord. Eveneens is er een bediende, Lievrouw Medard, die hem aansprakelijk
stelt voor de ontzetting uit zijn ambt. Andere personen leggen eveneens klacht
tegen beklaagde neer, om ondergane gevangenisstraf (Busscher Georges), om
uitgesproken geldboeten (Naert Maurice, Kapers François en Sentobin Jules) en
een onwettige uitdrijving uit woonstede (Watteyne Cyriel)”
In de editie van 5 april 1946 geeft het Kortrijksch
Handelsblad verslag van zijn proces voor de krijgsraad:
“ … Reeds bij den aanvang van
het getuigenverhoor spinnen zich hevige incidenten af tusschen de getuigen en
de betichte, die steeds alle getuigenissen als valsch en onwaar aanziet.
Na het onderhoor van Arthur
Depoorter, volgen de 73-jarige getuige Tack Gustaaf, Vermote Theofiel, De
Busschere Georges, allen personen wier fiets en radiotoestel werd afgenomen.
Deze laatste werd zelfs nog tot 18 maanden gevang veroordeeld wegens het
verspreiden van anti-Duitsche sluikbladen en werd door de Gestapo tijdens zijn
aanhouding op onmenschelijke en beestachtige wijze mishandeld, geslagen en
gemarteld.
Ook Kaepers François komt
getuigen in dezelfden zin.
Naert Maurice, landbouwer te
Ingelmunster, heeft ook groote moeilijkheden opgeloopen vanwege de Duitschers
wegens tekort aan leveringen van landbouwprodukten. Getuige komt op stellige
wijze verklaren dat het wel betichte is die hen allen heeft verklikt, daar de
Duitschers hem dit gezegd hebben.
Sinctobin Jules volgt hierop.
Ook heeft hij moeilijkheden opgeloopen met de Duitschers wegens tekort aan
leveringen. Hij werd aangehouden, 28 dagen opgesloten en verplicht een som van
10.000 frank te betalen. Ook bij hem hebben de Duitschers verklaart dat de
verklikking uitgaat vanwege de betichte.
Lievrouw Medard werd uit zijn
ambt ontzet door den oorlogsburgemeester.
Van Hondekeyn werd ook zijn
radiotoestel afgenomen omdat hij luisterde naar den Engelschen post.
Als slot van het getuigenverhoor
volgt den gewezen gepensioneerden politiekommissaris Cyriel Watteyne, uit
Ingelmunster, die in 48 uren tijds uit het stadhuis, waar hij concierge was,
werd gezet.
Negen Burgerlijke Partijen.
De eerste is Meester Gillon
(junior) uit Kortrijk, namens den Belgischen Staat. Deze betoogt dat het VNV
tijdens de bezetting veel schade heeft berokkend aan het land, daar het VNV een
groote moreele steun was voor den bezetter. In zijn hoedanigheid van
Burgemeester heeft hij veel invloed uitgeoefend op de bevolking en diensvolgens
vordert zij een schadevergoeding van 100.000 fr.
Meester Delvoye, uit Kortrijk,
beweert dat getuigen stukken hebben gezien, die door Craeymeersch persoonlijk
werden gezien, schetst hem verder als een vertrouwensman der Duitschers en
verklaart dat het wel bewezen is, dat Craeymeersch de verklikkingen heeft
bedreven. Diensvolgens vordert hij voor Van Hondekeyn een schadeloosstelling
van 25.000 fr.; voor Kaepers, 17.000 fr.; voor Tack, 28.000 fr.; voor Debusschere,
25.000 fr. en voor Vermote, 17.000 fr.
Meester Vandermeersch stelt
zich Burgerlijke Partij voor Medard Lievrouw en den gewezen politiekommissaris
Watteyne en Sinctobin Jules.
Hij betoogt dat Craeymeersch
een burgemeester was in den vollen zin van het woord “nationaal-socialist”. De
private belangen verpletterde hij voor de gemeenschappelijke belangen.
Medard Lievrouw was secretaris
van Winterhulp en hoofd van den ravitailleeringsdienst van Ingelmunster. Hij
werd van dit leiderschap ontslagen en werd weerom als gewoon bediende bij de
bevoorradingsdiensten opgenomen, die dan op zijn beurt vervangen werd door een
persoon van de nieuwe orde.
Voor Lievrouw vraagt hij een
schadevergoeding van 45.848 fr.; voor Cyriel Watteyne de som van 23.348 fr. en
voor Sinctobin Jules, 25.000 fr.
Meester Goemaere stelt zich
Burgerlijke Partij voor landbouwer Maurice Naert, uit Ingelmunster, die een
schadevergoeding vraagt van 21.500 fr.
Het Rekwisitorium.
Krijgsauditeur Boone betoogt,
dat alle verklikkingen gedaan zijn geworden in hoedanigheid van burgemeester en
tevens genoegzaam bewezen zijn. Als oorlogsburgemeester was zijn positie zeer
delikaat.
Ten slotte handelt de auditeur
over de personen die werden verklikt door den burgemeester, die tevens een
persoon was die kredieten bezat bij de pro-Duitsche bewegingen en die het
vertrouwen genoot bij de bezettende overheid.
Hij vraagt één enkele straf;
vijf jaar gevang.
De Verdediging.
Meester Roelants, uit
Kortrijk, vangt zijn pleidooi aan, dat om zeggens bijna 3 uur zal in beslag
nemen, met te verklaren, dat tegen betichte een soort coalitie is ontstaan, die
mistevredenen zijn, omdat hun fiets of radiotoestel werd afgenomen.
De verdediger beklemtoont het
feit, dat er nog burgemeesters zijn geweest die door het VNV werden aangesteld
en nooit of nooit werden verontrust.
Pleiter behandelt thans het
afdeelingsleiderschap van het VNV en betoogt dat betichte dit nooit heeft
waargenomen.
Als burgemeester voor
Ingelmunster was hij prima, een goede, buitengewone burgemeester, die talrijke
personen wist bij te staan.
Tal van nooden heeft hij weten
op te lossen; aan de noodlijdenden heeft hij eten verschaft; het kolenvraagstuk
heeft hij opgelost (in de zaal wordt algemeen gelachen, er wordt geroepen: een
tweede Achiel Van Acker …). Hij heeft zich geheel ten dienste gesteld van de
burgerbevolking van Ingelmunster. Hij heeft slechts geleefd om zijn volk te
dienen en te helpen uit de groote nooden der oorlogsgebeurtenissen. Hij was in
het geheel niet gevreesd door de bevolking en voor het volk had hij een gouden
hart.
Geen enkele getuige is hier
komen bevestigen, dat hij de lijst der gijzelaars zou opgemaakt hebben. De
refractaires heeft hij bijgestaan met hen zegels te geven.
Tot slot behandelt pleiter in
een zeer uitgebreid betoog ieder der verklikkingen, weerlegt deze, en wijst
alle eischen der Burgerlijke Partij af.
De uitspraak.
Betichte wordt veroordeeld tot
3 jaar gevang en levenslange ontzegging van alle rechten.
De Burgerlijke Partij bekomt
voor den Staat 1 fr. schadevergoeding. Alle andere Burgerlijke Partijen werden
afgewezen en hun eisch onontvankelijk verklaard. De Burgerlijke Partijen werden
veroordeeld tot de kosten.
Deze uitspraak werd door de
talrijke personen uit Ingelmunster met verslagenheid aanhoord.”
Op 12 november 1946 richt de echtgenote van
Remi Craeymeersch, Christine Suy, een brief aan de directeur van het
interneringscentrum “Wikings” te Kortrijk, en verzoekt om zijn tussenkomst tot
strafvermindering. Ze verwijst naar het onbesproken gedag van haar man
gedurende de internering en haalt ook uitdrukkelijk aan dat hij van alle
verklikkingen werd vrijgesproken.
Remi Craeymeersch komt vrij op 27 januari
1947. Hij overlijdt te Izegem op 17 september 1978.
In de gemeenteraad van Ingelmunster van
februari 2011 vraagt VB-fractieleider Georg Barbary of de foto van Craeymeersch
kan toegevoegd worden aan de fotogalerij van burgemeesters, naar het voorbeeld
van Deerlijk.
Burgemeester Yves Vercruysse (CD&V)
belooft een vraag te richten aan de heemkundige kring of er over Craeymeersch
en deze periode objectieve gegevens voorhanden zijn om over het voorstel een
oordeel te kunnen vellen.
Op vandaag ontbreekt de foto van Craeymeersch
nog steeds.
Niet alleen burgemeester Paul Schotte wordt
vervangen tijdens de oorlog maar ook schepen Couckuyt, aan wie ontslag uit zijn
ambt verleend wordt bij besluit van 15 mei 1942 (Belgisch Staatsblad van 17 mei
1942).
Hij wordt vervangen door Audomarus Bonte die
bij besluit van 16 mei 1942 (Belgisch Staatsblad van 17 mei 1942) aangeduid
wordt als schepen.
Handelaar Bonte, geboren te Ingelmunster op
11 januari 1899, wordt op 27 oktober 1945 door de Krijgsraad te Kortrijk veroordeeld
tot een gevangenisstraf van een jaar.