Samenstelling van de Wevelgemse gemeenteraad bij
het uitbreken van de oorlog
De laatste gemeenteraadsverkiezingen vóór de
oorlog vinden plaats op 16 oktober 1938. In Wevelgem zijn dertien zetels te
begeven.
De Katholieken behalen acht zetels en een volstrekte
meerderheid:
·
lijsttrekker Remi Wallays[1]
wordt burgemeester met 567 voorkeurstemmen;
·
Gaston Gheysen[2]
wordt eerste schepen;
·
Jozef Masselis[3]
wordt tweede schepen;
·
Georges Busschaert[4]
wordt derde schepen;
·
Gerard Casier[5],
Maurice Masselis[6], Maurice
Debonne[7]
en Gerard Vanmaercke[8]
zijn de gemeenteraadsleden.
De Gemeentebelangen behalen drie zetels (Jozef
Delmotte, Jules Van Ackere[9]
en Remi Moerkerke[10])
en de Socialisten twee zetels (Jules Deconinck[11]
en Maurits Verbrugghe).
Op 18 april 1941 richt Gerard Romsée,
Secretaris-Generaal bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken en
Volksgezondheid, een schrijven aan alle burgemeesters dat, ingevolge een
beslissing van de bezettende overheid, alle werkzaamheden van de gemeenteraden
tijdens de oorlog verboden zijn.
De vergaderingen van het college van burgemeester en schepenen (CBS)
blijven wel verder doorgaan. In september 1942 is burgemeester Remi Wallays
niet meer aanwezig en wordt het College voorgezeten door schepen Gaston
Gheysen, die dienstdoend burgemeester is van 27 september 1942 tot 1 oktober
1942. Maken verder deel uit van het College: schepenen Masselis en Busschaert
en secretaris Jules Dujardin. Ze blijven op post gedurende gans de oorlog.
Remi Wallays wordt door de Duitse bezetter het verbod opgelegd om nog de
functie van burgemeester uit te oefenen en wordt op 1 oktober 1942 vervangen
door Michel Byttebier.
[1]
Remi Wallays, geboren te Wevelgem op 23 januari 1892 en er gestorven op 7 juni
1971, was gemeenteraadslid voor de Katholieken van 1922 tot 1946 en
burgemeester vanaf 1933 tot 1946. Hij was tevens provincieraadslid van 1921 tot
1946 en senator van 1946 tot 1954. Hij huwt op 6 oktober 1920 Adriana
Deneckere, is de broer van Achiel, die hem in 1947 als burgemeester opvolgde,
en vader van Madeleine die later schepen werd.
[2]
Gaston Gheysen, geboren te Wevelgem op 12 oktober 1896 en er overleden op 23
juli 1960, was de vader van Frans, die later gemeenteraadslid en schepen werd
te Wevelgem.
[3]
Geboren te Wevelgem op 16 januari 1891.
[4]
Georges Busschaert, geboren te Wevelgem op 23 december 1897, was schepen van 1
januari 1939 tot 31 oktober 1946 en opnieuw van 1 januari 1959 tot 31 januari
1971.
[5]
Vlaskoper Gerard Casier, geboren te Wevelgem op 17 april 1895 en er overleden
op 13 maart 1976, was gemeenteraadslid van 1939 tot 1946 en schepen van 1947
tot 1953.
[6]
Geboren op 10 oktober 1906 en overleden te Kortrijk op 21 januari 1973.
[7] Aan Maurits Debonne, geboren te Wevelgem op 30 maart 1897 en er wonende in de Roeselarestraat 41, wordt op 9 oktober 1948 de hoedanigheid van Gewapend Weerstander toegekend voor de periode van 1 december 1942 tot 15 september 1944.
[8]
Het mandaat van gemeenteraadslid van Gerard Vanmaercke, geboren te Wevelgem op
24 november 1907 en overleden te Luik op 21 juni 1981, werd op 15 juni 1945
door de Bestendige Deputatie van West-Vlaanderen vervallen verklaard “overwegende
dat uit het gedane onderzoek ondermeer is gebleken dat belanghebbende tijdens
de bezetting werken voor de bezettende overheid op het vliegveld te Wevelgem
uitgevoerd heeft en daarenboven, in 1944, voor het Duitsch leger anti-tank
versperringen in zijn werkhuizen vervaardigd heeft”. Bij vonnis van de
rechtbank van eerste aanleg te Kortrijk wordt hij op 3 maart 1949 in zijn
burgerlijke en politieke rechten hersteld waarvan hij beroofd was.
[9]
Jules Constant Van Ackere (1873-1962) was burgemeester van Wevelgem van 1927
tot 1932.
[10]
Remi Moerkerke zal sterven aan het oostfront.
[11]
Jules Deconinck (1897-1979), gemeenteraadslid van 1927 tot 1976 en
volksvertegenwoordiger van 1929 tot 1932, van 1936 tot 1939 en van 1949 tot
1964, richt op 29 augustus 1940 en 20 september 1940 brieven aan Michel
Tommelein, waarmee hij het Manifest van Hendrik De Man onderschrijft door zijn
opmerkingen erop te geven. Het Manifest van 28 juni 1940 dat Hendrik De Man aan
de leden van de Belgische Werkliedenpartij richtte en dat vooral na de Tweede Wereldoorlog
inging als een lofzang op de Nieuwe Orde, ging uit van de Duitse overwinning.
![]() |
Jules Deconinck |