Izegem: oorlogsburgemeester Paul Depoorter
We putten onze info
ditmaal uit het boek Geschiedenis van Izegem (1985) van Jean-Marie
Lermyte.
Burgemeester Cyriel
Staes en schepen Emiel Allewaert[1]
worden, wegens het bereiken van de leeftijdsgrens van zestig jaar, vervangen,
respectievelijk bij besluit van 21 mei 1941 en van 23 juli 1941 door Paul
Depoorter, geboren te Izegem op 25 juni 1897, en Joseph Vangheluwe, geboren te
Beveren-Roeselare op 30 oktober 1905.
Oorlogsburgemeester
en apotheker Depoorter is VNV’er net zoals zijn partijgenoot Vangheluwe.
Schepenen Jules Sintobin en Jules Vandeputte blijven op post. Zoals reeds
vermeld in de rubriek “Emelgem” komt er nog een oorlogsschepen bij, de
Emelgemnaar Marcel Vandommele.
In Izegemse
verhalen uit de Tweede Wereldoorlog[2] vernemen
we op bladzijde 25 wat er gebeurt met Paul Depoorter na de bevrijding: “Op
het einde van de oorlog werd zijn woning geplunderd. Ik herinner me nog dat
zijn schrijfmachine door het raam gegooid werd en ook een groot deel van zijn
bibliotheek hebben ze op straat gegooid. Na de oorlog verbleef hij een tijd in
de gevangenis van Kortrijk. Daarna verhuisde hij naar Oostende en werd er
opnieuw apotheker.” (getuigenis Antoon Vandromme, °1922).
De krijgsraad te
Kortrijk veroordeelt Depoorter op 19 juli 1946 tot drie jaar gevangenisstraf en
levenslange ontzetting uit zijn rechten bedoeld bij artikel 123sexies van het
strafwetboek.
Paul Depoorter (archief
heemkundige kring Ten Mandere Izegem)
Het Kortrijksch Handelsblad geeft
in de editie van 30 augustus 1946 verslag van zijn proces:
“Vóór
een groote belangstelling werd de zaak ten laste van Depoorter Paul, geboren te
Izegem, den 25 Juni 1897, apotheker, wonende Melkmarktstraat, 5, te Izegem,
opgeroepen vóór den Krijgsraad van Kortrijk.
Reeds
vanaf de stichting van het VNV was betichte lid er van. Hij ontkent ooit
toegetreden te zijn tot de Dietsche Militie Zwarte Brigade, alhoewel hij een
zwart uniform droeg.
Gedurende
de eerste periode van De Vlag werd hij als celleider aangesteld.
Einde
1941 werd hij tot oorlogsburgemeester der stad Izegem benoemd, op aanvraag van
zijn vriend Raymond Tollenaere.
Hij
oefende dit ambt uit volgens de richtlijnen van den bezetter en in echt
Nationaal-Socialistischen geest; woonde alle vergaderingen bij en voerde een
machtige propaganda voor de Duitsche formaties. Tevens werd hij
afdeelingsleider van het VNV, stond bij de bevolking gekend als een vurige
Duitschgezinde en wist een grootscheepsche propaganda te voeren voor het
Oostfront.
Het
getuigenverhoor.
Sintobin
Jules, schepen van Izegem, handelt over het burgemeesterschap tijdens de
bezetting, in vervanging van den wettelijken burgemeester Staes, afgezet wegens
de verordeningen der Duitschers, betreffende de ouderdomsgrens. Toch heeft hij
ook diensten bewezen aan de stad.
Vandeputte
Jules, tweede schepen van Izegem, handelt over de politieke houding van
betichte tijdens de bezetting. Hij was afdeelingsleider van het VNV en leider
van De Vlag. Ook voerde hij propaganda voor het Oostfront.
Ten
slotte zegt getuige dat verdachte de politiek van den vijand gediend heeft
tijdens gansch den oorlog.
Lemiere
Noël verhaalt hoe Depoorter burgemeester van Izegem is geworden. Als
burgemeester, zegt getuige, deed betichte zijn werk goed en in het belang der
bevolking. Verders was betichte Duitschgezind en wenschte de overwinning van de
Duitschers.
Windels
André, politieagent, heeft betichte gezien drager van het uniform der Zwarte
Brigade; verders was het een Duitschgezinde persoon.
Krijgsauditeur
Boone vestigt de aandacht van den Krijgsraad er op, dat Depoorter als overtuigde
VNV-er en Nationaal-Socialist het ambt van burgemeester heeft waargenomen; een
mensch die zijn ideaal trachtte te verwezenlijken, alhoewel hij toch het belang
van de bevolking heeft weten te behartigen.
Hij
vordert een straf van vijf jaar hechtenis.
De
verdediging.
Meester
Vandermeersch, uit Izegem, vangt zijn pleidooi aan, hetwelk meer dan anderhalf
uur in beslag neemt, met er op te wijzen, dat verdachte de zoon is van den
80-jarigen Dokter Depoorter, die een eervol leven heeft gekend en ’n toonbeeld
is van eerzaamheid en deftigheid. Hij werd groot gebracht in die romantische
Blauwvoeterij en heeft de gedachten van Guido Gezelle en Hugo Verriest, die men
hem op het college heeft leeren kennen, tot de zijne gemaakt.
In
die gedachten heeft hij zijn kinderen opgevoed en aldus heeft men de opgang der
familie Depoorter gekend.
Paul
Depoorter is van zijn prilste jeugd in die gedachte opgekweekt en groot
gebracht geworden.
Na
zijn vrijwilligen dienstplicht vervuld te hebben op 17 jaar, is hij dan met het
uitbreken van den oorlog 1914-18 vrijwillig het Belgisch leger gaan vervoegen.
Bij het leger vertoeft hij daar als patrouilleur, mitralleur en brancardier.
Hij staat in het hevigste van den strijd. Hij keert dan terug en onder den invloed
opgedaan aan het front, komt hij in de Frontpartij terecht. Hij is met ’t VNV
in hart en ziel opgegaan; sticht te Izegem “Het Vlaamsch Huis”; kent de
schermutseling tusschen het Dinaso en het VNV doch blijft de VNV-gedachte
nastreven, behoudt het “Vlaamsch Huis” en bij het uitbreken van den oorlog
blijft hij met hart en ziel in het VNV.
Betichte
heeft zes prachtkinderen, had een prachthuis en een gezelligen huiskring, zijn zaken
gaan goed en hij houdt zeer van zijn vrouw.
Hij
is stichter van de Apothekersvereeniging “Inter Nos”.
In
1941 komt de plaats van burgemeester open wegens het aftreden van burgemeester
Staes.
Als
die plaats hem wordt aangeboden, weigert hij deze eerst, wordt dan onder schot
genomen door een vriend, Raymond Tollenaere, die bolwerkte dat de beklaagde de
benoeming tot burgemeester aanvaardde. Weliswaar heeft hij in zuiver
Nationaal-Socialistischen zin het burgemeesterschap uitgeoefend en op die
manier stelt hij zijn politiek in zijn reinste essentie en definitie. De man is
tuchtvol geweest en verders valt er niets op hem te zeggen. De instructies
gegeven in het stadhuis door Depoortere werden gesaboteerd en nooit werden
daardoor personen verontrust. Hij heeft alles gedaan wat hij kon om de
medewerking van schepen Sintobin en Vandeputte te behouden.
Depoorter
heeft Sintobin van de wegvoering naar Duitschland gered en hem zelfs in zijn
schepenambt blijven behouden. De twee zonen van Vansteenkiste heeft hij verlost
en hij heeft hen gezegd: “Laat nu en dan eens een arme mensch naar uw huis
komen eten” …
De
zoon van betichte is naar het Oostfront gegaan, het was een koppige, flinke
jongen. Tusschen hem en zijn vader ontstond er een strijd. Hij beging zelfs de
onvoorzichtigheid een student te verklikken. En na een bolwassching van zijn
vader, trekt hij naar Kortrijk bij de SS. De moeder heeft dan nog alles gedaan
om hem tegen te houden, doch alles was tevergeefs. Vermoedelijk is hij
gesneuveld en dit is wel het zwaarste kruis dat die menschen thans te dragen
hebben[3].
Bij
de boeren is beklaagde rondgegaan om eten op te halen voor de behoeftigen. Op
het aktief van Depoorter staat veel. Dokter Aug. Depoorter was
oorlogsvrijwilliger toen de oorlog uitbrak in 1914; hij heeft een been verloren
en mocht zich zelfs verheugen in het bezoek van Koningin Elisabeth.
Ten
slotte leest pleiter nog een zeer aandoenlijk schrijven van den broeder[4]
van betichte, waarin vermeld staat dat hij zijn broeder vergiffenis schenkt, nu
hij weet dat betichte aan alle vorige Duitsche politiek verzaakt en noemt hem
thans opnieuw “zijn broeder” … en pleiter roept ten slotte nogmaals verzachtende
omstandigheden in.
Depoorter
wordt veroordeeld tot 3 jaar gevang en levenslange ontzegging van alle rechten.”.
Joseph Vangheluwe
wordt op 27 april 1946 veroordeeld door de Krijgsraad te Kortrijk tot een
gevangenisstraf van zes maanden en levenslange ontzetting uit de rechten
bedoeld bij artikel 123sexies.
[1]
Geboren te Izegem op 23 januari 1879 en er overleden op 25 juli 1966.
[2]
“Izegemse verhalen uit de Tweede Wereldoorlog” van Hilde Colpaert, Johan
Derycke, Nele Descheemaeker en Kurt Himpe, Izegem, 2012.
[3]
Zoon Guido Depoorter, geboren te Izegem op 15 januari 1925, sneuvelde niet aan
het oostfront. Bij vonnis bij verstek op 23 juli 1946 door krijgsraad van
Kortrijk werd hij levenslang ontzet uit de rechten “123sexies” en vervallen
verklaard van de Belgische nationaliteit. In een interview aan het Spaanse CMD
Sport zegt hij dat hij in 1948 in Barcelona landde met het doel Spaans te leren
om later naar Argentinië te kunnen emigreren, zoals zijn ouders hadden
voorgesteld. Hij overlijdt in Spanje op 24 september 2019.
[4]
Dokter August Depoorter, geboren op 12 november 1892 te Izegem en overleden te
Brugge op 30 augustus 1956.