 |
| Michel Sergeant |
In het vorig hoofdstuk (pagina 53 in het boek) vernemen we dat Michel Sergeant, geboren te Marke op 11 augustus 1909, gehuwd met Anna Vlaeminck en schoonbroer van Adolf Vlaeminck, actief was aan het oostfront.
Hij wordt geïnterneerd van 20 mei 1945 tot 4 juli 1945 en zit in voorarrest in het kamp Wikings (barak J) te Kortrijk van 5 juli 1945 tot 21 november 1946.
Op 21 november 1946 wordt Michel Sergeant door de krijgsraad te Kortrijk veroordeeld tot tien jaar gewone hechtenis en de kosten.
Naar aanleiding van een verzoekschrift om genade zet de krijgsauditeur op 5 februari 1947 de feiten en omstandigheden uiteen die tot de veroordeling hebben geleid:
"Gedurende gansch de bezetting was verdachte bediende bij de gasmaatschappij te Meenen. In 1941 trad hij toe tot de S.S. brigade van de Germaansche S.S. Tweemaal heeft hij 14 dagen opleiding medegemaakt in het opleidingskamp te Schooten. Hij bekent dat hij sinds 1943 in het bezit was van een revolver en sinds begin 1944 van een geweer. Einde 1943 werd hij bevorderd tot UNTERSCHARFUHRER van het Flanderen Korps der Germaansche S.S. Bekent het zwart uniform gedragen te hebben en orde dienst verricht te hebben bij de bombardementen. Op het einde van 1943 werd hij lid van de "De Vlag". Werd dan opgeroepen bij de Waffen S.S. en werd voor de keuze gesteld: ofwel zich inlijven bij de Waffen S.S. ofwel de wacht te houden bij de kampen en verkoos de Waffen S.S. waar hij werd ingelijfd bij het Jagdverband Nord-West 502 te Neustrelitz. Dit op einde September 1944. Stond onder leiding van Bachot. Te Guttingen werd verdachte ingezet in civil einsatz. De groep bestond uit zestal mannen, zij waren waren in burger en in het bezit van fremde passen. De groep stond dan onder leiding van Unterscharfuhrer FAICT DANIEL een Vlaming. De opdracht bestond in het nagaan van Funcstellen te Munchen en te Sundhaussen. Rond 22 of 23 April 1945 heeft de groep dan per auto zich gaan vestigen in het dorpje Freisingen, rond Munchen. Daar heeft de groep zich dan laten overrollen ban de Amerikanen en is Faict Daniel dan naar Munchen en Sundhausen gegaan ten einde er de aanwezigheid van de Funcstellen na te gaan. Faict heeft geen van beiden Funcstellen aangetroffen en bij zijn terugkeer heeft hij dan verklaard aan den groep dat er niets meer te verrichten was en dat zij beter zouden uiteengaan."
Op 19 mei 1947 richt Michel Sergeant een brief aan de Prins Regent van België en vraagt om genade.
Ook zijn vrouw Anna Vlaeminck schrijft een genadebrief. Ze woont met haar drie kinderen Wilfried (later vader van o.a. zangeres Ingeborg Sergeant), Hubert (die later priester wordt) en Gerda, in de Rozestraat 383 te Menen.
De verwerping op 1 juli 1947, van zijn genadeverzoek, wordt bekrachtigd bij koninklijk besluit van 28 mei 1948.
Op 17 en 21 februari 1948 schrijft J. De Spot, een medewerker van de uitgeversmaatschappij De Gids, een brief naar de heer Charles, kabinetchef van de minister van Justitie te Brussel.
Michel Sergeant schrijft nog brieven.
Hij mag uiteindelijk naar huis en verzwakt steeds verder tot zijn dood, enkele maanden na zijn vrijlating.
Hij overlijdt thuis in de Rozestraat 353 in Menen op 20 maart 1949.
