Op 20 juni 1952 wordt hem
de hoedanigheid van werkweigeraar toegekend, voor de periode van 15 april 1943
tot 7 september 1944.
Vanaf 1 juni 1940 tot
begin 1943 werkt hij voor rekening van zijn vader als vlaswerker
In februari en maart 1943
ontvangt hij verscheidene oproepingen van de Werbestelle met het oog op een
gebeurlijke tewerkstelling.
Hij weigert gevolg te
geven aan deze oproepingen en onttrekt zich aan de verplichte tewerkstelling,
overdag is hij voorzichtig en ’s nachts slaapt hij uit.
Hij wordt vergeefs opgespoord
door de Feldgendarmerie.
De familie Demuzere,
wonend in de Roeselarestraat 60A te Gullegem, is eveneens actief in het verzet.
Aan vader Alfons, zoon Luciaan en dochter Julia wordt op 23 juni 1948 de
hoedanigheid van Gewapend Weerstander toegekend voor de periode van 1 maart
1944 tot 14 oktober 1944 voor vader en dochter en voor de periode van 1
februari 1944 tot 14 oktober 1944 voor de zoon.
Alfons Demuzere, geboren
te Gullegem op 14 december 1892, is milicien van de klasse 1919 en huwt op 7
april 1920 met Bertha Segaert.
Luciaan Demuzere, geboren
te Gullegem op 3 januari 1921, behaalt in 1939 het diploma van onderwijzer te Torhout en geeft les in de aangenomen
jongensschool te Gullegem tot 1951.
Op 26 juli 1950 huwt hij
met Maria Cattebeke.
Volgens een attest van
het Onafhankelijkheidsfront verricht hij sabotagedaden door o.a. brandstichting
en is hij bevelvoerder van alle georganiseerd verzet te Gullegem
Dochter Julia Demuzere
wordt geboren te Gullegem op 25 augustus 1928.
Ondanks zijn niet
onbesproken gedrag tijdens de bezetting (smokkel en zwarte handel) wordt aan herbergier
Henri Vandeghinste, geboren te Gullegem op 9 januari 1911, er wonende Dorpplaats
13 en gehuwd met Gabrielle Pattyn, op 22 december 1948 de hoedanigheid van Gewapend
Weerstander toegekend voor de periode van 1 maart 1942 tot 31 oktober 1944.